Hollandse Meesters in de 21e eeuw - Jeroen Eisinga

Film

Onderdeel van de serie Hollandse meesters in de 21e eeuw. De serie toont een reeks belangrijke Nederlandse kunstenaars van dit moment in hun werkruimtes, gezien door de ogen van gerenommeerde filmmakers. De blik achter de schermen biedt inzicht in de kunstenaars werkwijze, materiaalgebruik en ideeën over kunst.

Met zijn films schotelt Jeroen Eisinga (Delft, 1966) de toeschouwer meer dan eens een beproeving zonder ontknoping voor. Zo lang de film duurt is er geen ontsnapping, verlossing, verheldering of climax. Hierdoor wordt de kijker geconfronteerd met zijn onmacht. Hoewel men graag gelooft invloed te hebben op het leven, is ingrijpen lang niet altijd mogelijk. Eisinga: “Kunst moet een ervaring sublimeren, ik probeer een moment te vangen dat je raakt, voordat je erover nadenkt." 
In Arm Schaap (1997) ademt een schaap, doordat het op zijn rug ligt, steeds zwaarder. Het schaap kan zichzelf niet keren en zal, als het niet overeind geholpen wordt, sterven. Voor de toeschouwer is het onduidelijk hoe de film afloopt – er is alleen het moment. De kijker is in dezen een gedwongen getuige. Niet in staat om in te grijpen. 

Menselijk drama en menselijke gevoelens spelen een belangrijke rol in Eisinga’s oeuvre. Hij noemt zijn werk romantisch. In Springtime (2011) is te zien hoe een bijenvolk gedurende twintig minuten bezit neemt van Eisinga, tot heel zijn hoofd en ontblote bovenlijf bedolven zijn. Met deze film verwezenlijkt Eisinga het sublieme moment waarin onbehagen en behagen samenvallen. De angst voor de werkelijkheid van de ervaring komt samen met de schoonheid van diezelfde ervaring.
 
De romantische notie is ook aanwezig in de film Sehnsucht uit 2004. Op een zwart-witgeblokte vloer ligt een dode zebra. Eisinga filmt het proces van rotting en ontbinding, de schoonheid van het verval. Eisinga: “Het Duitse Sehnsucht verwijst niet naar een plaats of een persoon, en bovendien kan het verwijzen naar iets dat er is geweest maar ook naar iets dat er nooit is geweest. Het is dus abstracter. Mijn film gaat over deze absentie, de leegte, iets dat er niet is, het hiaat en de pijn die daarover gevoeld wordt. Het gaat om de pijn van het niet weten. Als je een ‘ding op zich’ kunt bestuderen, dan probeer ik ‘het ontbreken van dat ding’ te bestuderen. Het gaat dus over het missen, niet weten, niet beleven, niet leven en dus, in zekere zin, over de dood tijdens het leven.” 
ku
Eisinga volgde zijn opleiding aan ArtEZ hogeschool voor de kunsten in Arnhem (1988-1993), vervolgde deze aan de Rijksakademie van beeldende kunsten in Amsterdam (1997-1998) en aan American Film Institute Conservatory in Los Angeles (2006-2008). Zijn werk was te zien in onder meer De Hallen Haarlem, het Stedelijk Museum Schiedam, Museum of Contemporary Canadian Art (Toronto) en Museum voor Actuele Kunst (Gent). 

Film gegevens